Voorbeelden van het gebruik van Simon in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Als dat Simon niet is, mijn jongen!
En Simon en River dan?
En Simon en Anita dan? Wat is het verband daar?
En Simon ook.
Niet zoals Simon over je praatte.
Simon moet het hebben.
Al Simon, 'n kennis, was een egel.
In de omgeving van Simon Holiday House vindt u vele winkels en restaurants.
Simon Crocker was voorzichtig.
Tom, dit is Simon waar ik je over verteld heb.
Ik riep naar Simon dat hij moest stoppen maar hij hoorde het niet.
Dank u en Ella Simon. Nous terug met plezier.
Simon was de spreker. Ik zat in het publiek.
Vanavond zal iets Simon en het meisje komen halen.
Al Simon zei dat het een 'pech' korting was.
Je weet dat het Simon zijn vrije dag is.
Simon, wacht op ons.
Simon zal veel herinneringen te verlaten!
En dan gok ik op Simon, want die naam is het meest gay.
Net als Simon en River.