Voorbeelden van het gebruik van Zegen in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Zegen je hart.
Zegen me, kardinaal Morton…
Gezondheid- zegen gezonde mensen,
Zegen mij alstublieft als ik dit doel nastreef.
Zegen hun hart.
Zegen uw nadenkende hart, John O'Hanlan.
En zegen zijn hart, hij heeft het naar mij genoemd.
Zegen dit kind, want het is een schenking aan het land.
Zegen de negatieve energie
Geesten, zegen ons koninkrijk.
Geesten, zegen onze koningin.
Zegen liever m'n wraak.
Jij bent een zegen voor deze wereld.
Ontferm je over hem… en zegen hem met het eeuwige leven.
Heb uw vijand lief. Zegen hen die u vervloeken.
De herinnering aan de rechtvaardige is tot zegen.
Eli Gold, zegen zijn hart.
Werk is een zegen.
O, wat zijn deze twee dagen een zegen!
Regen, maar nog meer zegen'.