MOETEN GAAN in English translation

have to go
moeten vertrekken
hoeven te gaan
moet gaan
moet weg
moet ophangen
moet ervandoor
moet erheen
moet er vandoor
moet even
moet verder
should
moeten
dienen
mogen
zullen
horen
should go
mogen gaan
moeten er
moet gaan
moet weg
zou gaan
beter gaan
moet ervandoor
moet vertrekken
moet weggaan
moet ophangen
gotta go
moeten wegwezen
moet gaan
moet weg
moet ophangen
moet ervandoor
moet vertrekken
moet er vandoor
moet even
moet verder
moet erheen
need to go
moeten gaan
moeten weg
behoefte om te gaan
noodzaak om te gaan
nodig hebt om te gaan
heen wilt
moet ervandoor
moet er
moet erheen
moet weggaan
must
moeten
vast
dienen
mogen
zeker
have to leave
moeten vertrekken
moeten verlaten
moeten laten
moeten achterlaten
moet weg
moet gaan
moet weggaan
moet ervandoor
moeten overlaten
hoeft te verlaten
gotta move
moeten gaan
moeten opschieten
moeten weg
moeten bewegen
moeten verder
moet verhuizen
moeten voortmaken
moeten doorgaan
moeten wegwezen
moeten vertrekken
need to leave
moeten vertrekken
moeten weg
moeten gaan
moeten weggaan
moet verlaten
weg wil
moet laten
wilt verlaten
moet wegwezen
need to move
moeten gaan
moeten opschieten
moeten verhuizen
moeten weg
moet verplaatsen
moet bewegen
moeten verder
moet in beweging
wilt verplaatsen
moeten vertrekken
have to be
gonna have to
will have to

Examples of using Moeten gaan in Dutch and their translations into English

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
We moeten gaan, Cosima. Je bent gek.
We need to go, Cosima. You're crazy.
We moeten gaan, nu. Nu!
We got to go, now, now!
Ja, ik denk dat we moeten gaan.
Yeah, I think we gotta go.
Oh nee, nee, jullie twee moeten gaan.
Oh, no, no, you two should go.
Ik had met haar moeten gaan spelen.
I should have played with her.
Diego. Dani, we moeten gaan.
Diego.- Dani, we have to go.
Bo, we moeten gaan, lieverd.
We have to leave, sweetheart. Bo.
Zaken moeten goed gaan.
Business must be good, huh.
We moeten gaan, lieverd alsjeblieft.
Baby, please. We gotta move, baby.
Ik begrijp het. Maar we moeten gaan.
I understand. But we need to go.
Harper? Kom op, we moeten gaan.
Harper? Come on, we got to go.
Ja, ik denk dat we moeten gaan.
Yes, I think we gotta go.
Oh, God. Ik vind dat we moeten gaan.
Oh, God. I think we should go.
Ik had naar m'n kamer moeten gaan.
I should have gone back to my room.
Nee, Siegel. We moeten gaan.
No, Siegel. We have to go.
We moeten gaan, goed?
We need to leave, okay?
We moeten gaan, nu!
We have to leave now!
We moeten gaan, kom alsjeblieft.
Please. We gotta move, baby, come on.
We moeten 's gaan.
We must get on.
Kom, Anthony. We moeten gaan.
Come on, Anthony, we got to go.
Results: 8737, Time: 0.0722

Moeten gaan in different Languages

Word-for-word translation

Top dictionary queries

Dutch - English