GOTTA GO in Dutch translation

• moeten wegwezen
• moet gaan
• moet weg
• moet ophangen
• moet ervandoor
• moet vertrekken
• moet er vandoor
• moet even
• moet verder
• moet erheen
• moet weggaan

Examples of using Gotta go in English and their translations into Dutch

No. You gotta go.
Jij moet vertrekken. Nee.

I gotta go, Mike.
Ik moet ophangen, Mike.

You gotta go on living.
Je moet verder met leven.

I gotta go, Freddy.
Ik moet weg, Freddy.

Gotta go, Buffalo! Later, Gator!
Later, Gator! Moet ervandoor, Buffalo!

Hey, Ann. I gotta go to work.
Hey, Ann. Ik moet gaan werken.

Excuse me. I gotta go change a light bulb.
Pardon, ik moet even een lampje verwisselen.

Gotta go. Late for my party.
Moet er vandoor. laat voor mijn fuif.

We really gotta go.
We moeten wegwezen.

I gotta go, Mike.
Lk moet ophangen, Mike.

Later, Gator!- Gotta go, Buffalo!
Moet ervandoor, Buffalo. Later, Gator!

You gotta go, Simone.
Je moet weg, Simone.

Anton, wake up. You gotta go.
Anton, wakker worden, je moet vertrekken.

Come on Nick, I gotta go.
Kom op, Nick. Ik moet verder.

Pleasant, but I gotta go.
Aangenaam, maar ik moet gaan.

I gotta go to my dad's office.
Ik moet even langs het kantoor van mijn vader.

My God. I gotta go. I can't take it.
Mijn God, ik moet er vandoor, ik kan er niet tegen.

I'm sorry. You gotta go see him, Jax.
Je moet erheen, Jax. Het spijt me.

We gotta go! Now!
We moeten wegwezen. Nu!

Yeah, he's right, you gotta go.
Ja, hij heeft gelijk, je moet vertrekken.