WANT TO GO in Dutch translation

• willen gaan
• naartoe wil
• wilt gaan
• wil weg
• wil erheen
• wil meegaan
• zin om te gaan
• wilt vertrekken
• wilt weggaan
• wil gaan
• wilde gaan
• weg wilt
• weg willen
• wilt erheen
• willen meegaan

Examples of using Want to go in English and their translations into Dutch

You want to go? what?
U wilt vertrekken? Wat?

You want to go and investigate a Red John suspect.
Je wilt gaan om een Red John verdachte te onderzoeken.

If you still want to go with me?
Als je nog steeds met mij wil meegaan?

Besides, I want to go.
En ik wil erheen.

You need to know where you want to go.
Je moet weten waar je naartoe wil.

Just… I want to go.
Alleen maar… Ik wil weg.

Want to go tobogganing?
Zin om te gaan sleeën?

If you want to go, ask him to take you.
Als je wilt weggaan, vraag dan of hij met je meegaat.

If you really want to go, then I think you should.
Als je echt wilt vertrekken, dan moet je maar vertrekken..

I understand. But if you want to go.
Begrijp ik dat. Maar als jij wilt gaan.

Benjamin, I want to go.
Benjamin, ik wil weg.

You tell me where you want to go.
Zeg me maar waar u naartoe wil.

But I want to go.
Maar ik wil meegaan.

And I want to go.
En ik wil erheen.

And I want to go to work, but--.
En ik wil gaan werken, maar.

Want to go hiking in the mountains?
Zin om te gaan wandelen in de bergen?

You want to go, don't you?
Je wilt weggaan, hè?

By having your own car you can decide whenever and wherever you want to go.
Zo kan je zelf bepalen waar je heengaat en wanneer je wilt vertrekken.

Unless you want to go here.
Tenzij je hierheen wilt gaan.

First tell me where you want to go.
Zeg me eerst waar je naartoe wil.