WANT in Dutch translation

• willen
• wil
• wilt
• wilde

Examples of using Want in English and their translations into Dutch

I want to speak with Connor.
Ik wil met Connor praten.

I want to help Marina.
Ik wilde Marina helpen.

Oh. You want my number?
U wilt mijn nummer? Oh?

Mr. Smith. We want to find your daughter.
Wij willen uw dochter te vinden. Smith.- Dhr.

I want Arthur Kill.
Ik wil Arthur Kill.

You want a relationship with your daughter.
U wilt een band met uw dochter.

We want Jordan!
Wij willen Jordan!

I want you to know, too. Yes.
Ik wilde dat u het ook wist. Ja.

I want to talk to Colonel Young.
Ik wil met kolonel Young spreken.

You want Pepper or Budge?
Wilt u Pepper of Budge?

Pepita and I want to to Ice Mountain.
Pepita en ik willen naar Ice Mountain.

For what? He want to interview you?
Wilde hij u interviewen? Waarvoor?

I just want Sean Wallace, Shannon.
Ik wil alleen Sean Wallace, Shannon.

You want our books, our clients.
Wilt u onze boeken, cliënten.

We want Ragnwald, not Björnlund.
Wij willen Ragnwald, niet Björnlund.

I want to help her.
Ik wilde haar helpen.

I want Rose Bud.
Ik wil de Rose Bud.

Teresa! You want me to come with you?
Wilt u dat ik met u meega?-Teresa?

There is something I want to give you. Yes.
Ja Ik wilde u iets geven.

We want Bobby!
Wij willen Bobby!