DRANG - vertaling in Nederlands

drang
verlangen
bedürfnis
trieb
wunsch
zwang
impuls
drong
fordern
bestehen
durchdringen
rufen
drängeln
drängen
beharren
aufzwingen
appellieren
mit nachdruck
behoefte
bedarf
notwendigkeit
bedürfnis
erforderlich
brauchen
notwendig
benötigen
erfordernis
anforderung
wunsch
kwam
kommen
werden
stammen
wollen
gelangen
treten
hier
holen
treffen
auftauchen
neiging
tendenz
neigen dazu
neigung
tendenziell
eher
hang
dazu tendieren
drang
in der regel
prädisposition
verlangen
wunsch
sehnsucht
fordern
wollen
lust
begierde
begehren
vorschreiben
sehnen sich
forderung
doorgedrongen
durchgedrungen
eingedrungen
vorgedrungen
verstanden
ging
gehen
werden
fahren
wollen
machen
kommen
laufen
fliegen
jetzt
verschwinden
komen
kommen
werden
stammen
wollen
gelangen
treten
hier
holen
treffen
auftauchen
wil
wollen
gerne
brauchen
gern
versuchen
sollen
wünschen
fordern
verlangen
möchten
dwang om

Voorbeelden van het gebruik van Drang in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Du hast nicht länger den Drang zu töten, und das zeigt sich.
Je hebt niet langer de behoefte om te doden en dat blijkt nu.
Es ist der Drang zu fallen.
Het is de drang om te vallen.
Wenn Sie den Drang verspüren Beweismaterial zu zerstören, kommen Sie vorbei.
Mocht je de neiging krijgen om bewijsmateriaal te vernietigen, kom langs.
Du musst lernen, mit diesem Drang zu leben.
Je moet met dat verlangen leren leven.
Die Kugel drang durch den Arm in die Brust.
De kogel ging via de arm de borst in.
Und den Drang, den du einst hattest?
En die drang die je vroeger voelde?
Hat noch jemand den Drang auf die Straße zu laufen
Wil nóg iemand naar buiten hollen en roepen:
Du hast offenbar keinen Drang mehr, zu töten.
Je hebt niet langer de behoefte om te doden en dat blijkt nu.
Wenn man das erste Mal den Drang fühlt, und die Reißzähne hervorkommen.
De eerste keer dat je het verlangen voelt en wilt bijten.
Benutze weiches Toilettenpapier und widerstehe dem Drang zu kratzen.
Gebruik zacht wc-papier en weersta de neiging om te krabben.
Und hat fast den Dickdarm durchtrennt. Die Klinge drang zehn Zentimeter in den Körper ein….
Het mes ging tien centimeter diep… en doorboorde bijna de dikke darm.
Ich kenne Ihren Drang, die Regeln zu befolgen.
Ik Ken jouw dwang om de regels te volgen.
Du hast den Drang zum Experimentieren verloren, zum Forschen.
Je verloor de drang tot experimenteren, te verkennen.
Komisch, dieser Drang zu leiden.
Vreemd, deze behoefte om te lijden.
Ich kenne nur zu gut Ihren Drang.
Ik ken maar al te goed je neiging naar eigen geweten te handelen.
Der Drang nach Befriedigung überwältigt mich.
Ik word af en toe overmeesterd door een verlangen naar bevrediging.
Ich zähle nicht… Drang zu schreien.
Ik tel niet mee… wil schreeuwen.
Was bedeutet, dass die Kugel nach unten drang anstatt direkt durch.
Wat betekent dat de kogel naar beneden ging in plaats van rechtdoor.
Aber durch einen Spalt drang Licht.
ik zag licht komen door een spleet.
Der Drang zu springen.
De drang te springen.
Uitslagen: 369, Tijd: 0.2573

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands