KNABE - vertaling in Nederlands

• jongen
• knaap
• kind
• jongeling
• kerel
• man
• die gast

Voorbeelden van het gebruik van Knabe in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Seit ich ein Knabe war.
Sedert ik een knaap was.

nicht wahr grosser Knabe?
nietwaar grote kerel?

Atia. Euer Knabe hat alles gestanden.
Die jongen heeft alles bekend. Atia.

Der Prinz ist kein Knabe.
Hij is geen kind.

alter weißer Knabe.
oude witte kerel.

Wer ist der interessante alte Knabe?
Wie is die oude man?

Atia. Euer Knabe hat alles gestanden.
Atia. Je jongen heeft alles opgebiecht.

Er ist kein Knabe mehr.
Hij is geen kind meer.

Es ist schade, da nur der Knabe sterben muss.
Het is jammer omdat alleen de jongen moest sterven.

Cool. Der Knabe gefällt mir.
Gaaf, wat een leuk kind.

Im Herzen ist er ein Knabe, der leidet.
In z'n hart is hij een jongen die lijdt.

Ich liebte Eure Mutter, seit ich ein Knabe war.
Ik hield al van je moeder toen ik een jongen was.

Also, sei ein Knabe.
Wees dus een jongen.

Und ein Knabe.
En een jongen.

Du hast getan, was jener arme Knabe tat?
Heb je gedaan wat die arme jongen gedaan had?

Seit ich ein Knabe war.
Sinds ik een jongen was.

Du hast das getan, was jener arme Knabe tat?
Heb je gedaan wat die arme jongen gedaan had?

alter Knabe.
ouwe jongen.

Nein, alter Knabe.
Nee, ouwe jongen.

Frankreich! sagte der Knabe mit erstauntem Gesicht.
Frankrijk!" zeide het knaapje met een verwonderd gezigt.