Voorbeelden van het gebruik van Nachbarn in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Zusammenarbeit mit den Nachbarn der Gemeinschaft.
Ned, ich verdiene dich nicht als Nachbarn.
Aber die Zeitungen stapeln sich auf eurer Veranda. Entschuldigt die Störung, Nachbarn.
Sorry dat ik stoor, buurtjes, maar de kranten stapelen zich op de veranda op.Nimm einen Nachbarn als Zeugen.
Es dient keinem von uns, einen so instabilen und turbulenten Nachbarn zu haben.
Das Ding von meinem Nachbarn.
Dat ding dat we vonden bij mijn buurman's huis!Nachbarn sagen, das Haus stand seit Jahrzehnten leer.
Zusammenarbeit mit Nachbarn und strategischen Partnern.
Samenwerking met buurlanden en strategische partners.Ich fand heraus, Tyler unseren Nachbarn waren zu schrauben.
Jeder in Amerika Hasst seinen blöden Nachbarn.
Iedereen in de VS haat hun stomme buurman.Es sind Nachbarn oder Freunde oder Freunde von Freunden.
Ze zijn een buur of een vriend, of een vriend van een vriend.Hallo, Nachbarn. Toller Abend. Hier eine Überraschung für euch.
Hallo, buurtjes, ik heb een verrassing voor jullie.wirtschaftlichen Fortschritt bei unserem östlichen Nachbarn.
economische processen in ons oostelijke buurland.Und den Wagen deines Nachbarn schon gar nicht. Erstens: Du sollst nicht Frostys Boot demolieren.
Gij zult Frosty's board niet deuken noch uw buurman's wagen beschadigen.Die Nachbarn haben sich nicht beschwert über die Musik?
Klaagden de buren over de muziek?Das zeigen auch die Nachbarn Tunesiens.
Dat blijkt ook in de buurlanden van Tunesië.Geschwindigkeit, wusste jeder, Ihren Ehemann mit dem Nachbarn schlief.
Heffa, iedereen wist dat jou man sliep met de buurvrouw.Niemand lieben mein Nachbarn Nursultan Tulyakbay.
Niemand houdt van mijn buurman Nushuktan Tulyiagby.Die Nachbarn sahen ihn vor ein paar Tagen reingehen.
Een buur zag hem een paar dagen geleden binnengaan.Hallo, Nachbarn!
Hallo, buurtjes.
