INSULT - vertaling in Nederlands

['insʌlt]
['insʌlt]
belediging
insult
offense
affront
offence
offensive
insolence
defamation
beledigen
insult
offend
offense
disrespect
offence
insult
seizure
seizing
aanfluiting
mockery
joke
travesty
disgrace
hissing
affront
insult
embarrassment
beledig je
you insult
you offend
yourself in contempt
uitschelden
berating
yell
call
names
scold
insult
swear
abuse
reviling
scream
beleedigen
insult
injure
ignorance
wrong
beledigt
insult
offend
offense
disrespect
offence
beledigd
insult
offend
offense
disrespect
offence
beledig
insult
offend
offense
disrespect
offence
beledigingen
insult
offense
affront
offence
offensive
insolence
defamation

Voorbeelden van het gebruik van Insult in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
You can't insult me.
Je kan me niet beledigen.
I insult your friends.
Ik beledig jouw vrienden.
You insult us all.
Je beledigd ons allemaal.
You insult us all, where is Lady Caroline?
Je beledigt ons allemaal, waar is Lady Caroline?
You started with the insult.
Jij begon met beledigen.
It is not I who insult the King.
Ik ben het niet die belediging van de koning.
How much insult must I endure?
Hoeveel beledigingen moet ik nog doorstaan?
I insult him in my head.
Ik beledig hem in mijn gedachten.
You insult me.
Je beledigd me.
And you insult your father.
En u beledigt uw vader.
And insult people. Drink, mostly.
Drinken, meestal. En mensen beledigen.
That's an insult, beauty.
Dat is een belediging, schoonheid.
I insult him when I know he try.
Ik beledig hem terwijl ik weet dat hij probeert.
I cannot tolerate any further insult from this young man.
Ik kan deze beledigingen niet langer tolereren van deze jongeman.
You insult me, you insult Italy.
Je beledigd mij, je beledigt Italië.
You insult me, Bee.
Je beledigt me, Bee.
We mustn't insult our host, Mr. Link.
We mogen onze gastvrouw niet beledigen, Mr. Link.
My sad story trumps your insult.
Mijn trieste verhaal troeft uw belediging af.
OK, insult me, like you always do.
Oké, beledig me maar.
You insult me and you don't appreciate anything that I do!
Je beledigd me en je waardeert niets wat ik doe!
Uitslagen: 2360, Tijd: 0.0677

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands