ACCOMPAGNER - vertaling in Nederlands

• begeleiden
• vergezellen
• meegaan
• begeleiding
• bijstaan
• meekomen
• ondersteunen
• samen
• gepaard gaan
• meelopen
• mee te gaan
• vergezeld gaan
• samengaan
• gezelschap

Voorbeelden van het gebruik van Accompagner in het Frans en hun vertalingen in het Nederlands

Vous allez devoir nous accompagner.
Je zult met ons moeten meekomen.

Je devrais vous accompagner.
Ik zou met jou moeten meegaan.

Un rapport par médecinspécialiste doit accompagner la demande.
Een doktersvoorschrift van een specialist moet samen met de aanvraag worden ingediend.

Merci de m'accompagner en ce jour capital.
Bedankt dat jullie me gezelschap houden op deze belangrijke dag.

Je pourrais peut-être vous accompagner?
Misschien kan ik een stukje met u meelopen.

Tu peux m'accompagner?
Wil je met me meekomen?

Tu peux accompagner Remy?
Kun jij met Remy meegaan?

Il m'a aussi demandé de l'accompagner à une rencontre.
Hij vroeg mij ook… om mee te gaan naar een afspraak.

Je peux t'accompagner?
Wil je wat gezelschap?

Puis-je…- vous accompagner?
Mag ik een stukje met u meelopen?

Hicks, veuillez nous accompagner.
Mr Hicks, wilt u met ons meekomen?

Pourquoi vous m'avez demandé de vous accompagner?
Waarom moest ik met je meegaan?

Tu voudrais m'accompagner?
Wil je met me meekomen?

Je peux vous accompagner?
Mag ik met u meelopen,?

Tu dois les accompagner.
Je moet met hen meegaan.

Vous voulez m'accompagner?
Hou je me gezelschap?

Veuillez nous accompagner.
Wilt u met ons meekomen?

Je peux t'accompagner?
Kan ik met je meelopen?

Laisse-moi vous accompagner.
Laat mij met jullie meegaan.

Castle, vous devez nous accompagner.
Castle, je moet meteen met ons meekomen.