COFFRER - vertaling in Nederlands

oppakken
ramasser
arrêter
prendre
attraper
coffrer
capturer
appréhender
choper
faire
cueillette
arresteren
arrêter
arrestation
coffrer
arreter
appréhender
opsluiten
enfermer
en prison
emprisonner
boucler
coffrer
confiner
incarcérer
op te sluiten
pour enfermer
coffrer
verrouiller

Voorbeelden van het gebruik van Coffrer in het Frans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
Si vous voulez le coffrer, vous êtes mal tombé.
Als je hem wilt pakken, moet je niet bij mij zijn.
Si je voulais coffrer le voleur, ce serait déjà fait.
Als ik die autodief opgepakt had willen hebben, was hij opgepakt..
Peter veut la coffrer et que j'arrête l'affaire.
Peter wil haar in de bak en hij wil dat ik ermee kap.
je serai forcé de vous coffrer.
ik zal je op moeten sluiten.
On peut la coffrer.
We kunnen haar inrekenen.
On négocie avec un terroriste tout en essayant de le coffrer.
Onderhandelen met een terrorist en hem tegelijkertijd willen pakken.
Dixon essaie de vous faire coffrer pour les meurtres.
Dixon wil jou laten opdraaien voor de moorden.
je ne me serais jamais fait coffrer.
voor had hoeven doen, was ik niet gepakt.
C'est très gentil de votre part, mais vous auriez pu le coffrer.
Dat vind ik heel netjes van je. Had hem maar gegrepen.
Ensuite j'ai volé une voiture avant de me faire coffrer.
Toen werd ik opgepakt toen ik een auto stal, voordat ik de stad kon uitvluchten.
J'ai pas besoin de vous coffrer.
Misschien moet ik jou niet wegsteken.
On n'a pas de preuves, donc on ne peut pas le faire coffrer.
Er is geen bewijs, we kunnen hem niet vasthouden.
je vais arrêter d'essayer de coffrer Tommy.
ik stop met te proberen om Tommy te arresteren.
Je veux coffrer ce type.
Ik wil die gast pakken.
Je vais le coffrer.
Ik ga hem aanhouden.
Il faut vite le coffrer.
We moeten ze nu pakken.
Ces idiots pensent coffrer Bugsy Siegel?
Zij denken Bugsy Siegel te arresteren?
Elle veut le coffrer.
Ze wil hem pakken.
En vous dénonçant ce salaud, je l'avais fait coffrer!
ik die schoft had aangewezen en laten oppakken.
Je peux pas le laisser coffrer, même s'il est très con… c'est mon avocat!
Ik kan hem niet laten arresteren, al is hij een domkop. Hij is mijn advocaat!
Uitslagen: 64, Tijd: 0.5056

Top woordenboek queries

Frans - Nederlands