Voorbeelden van het gebruik van Echt trots in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik ben echt trots op ons.
Ik wilde m'n meisje echt trots maken.
We zijn echt trots op je.
Ik ben echt trots op jou.
Ik was echt trots op je vandaag.
Eerlijk… ik ben echt trots op je, m'n zoon.
Ben echt trots op je, Broeder.
Ik ben echt trots op je.
Hij was echt trots op je, hij had het voortdurend over je.
Je pa kijkt echt trots.
Je vader zou echt trots op jullie zijn.
Ik ben echt trots op jullie.
Ik ben echt trots op het werk dat jullie hier doen.
Ik ben echt trots.
Ik ben echt trots op je, Richie.
Ik ben echt trots op je.
We zijn echt trots op je.
Ik apprecieer je en ik ben echt trots op je.
Je lijkt echt trots op jezelf.
Hij was echt trots op je.