Voorbeelden van het gebruik van Echt trots in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
We zijn echt trots op je.
Ik was daar echt trots op.
Ik bedoel echt trots.
Ik ben echt trots op je.
Daar zijn we echt trots op.
En hier ben ik echt trots op.
Ik wil dat je weet dat ik echt trots ben op wat je doet.
Philip, ik ben echt trots op je.
Ik ben echt trots op ons.
Ik ben echt trots op je.
Ik ben echt trots om jouw broer te zijn.
Ik ben echt trots op deze Ierse steen opnemen in mijn sieraden.
Je moet echt trots op jezelf zijn?
Ik weet zeker dat je vader echt trots op je geweest zou zijn, he?
Ze moeten echt trots op je zijn.
En Kroatië op haar beurt kan echt trots zijn op haar natuurpracht!
Ik voel me echt trots en vereerd.
Maar ik zeg je, ik ben echt trots dat ik hem in de strijd heb gevolgd.
Ik ben echt trots op mijn jongen, Rick.
Ik wil in het bijzonder zeggen dat mijn fractie steeds echt trots op u was als u de mensenrechten in de wereld verdedigde.