Voorbeelden van het gebruik van Een truc in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Dit moet een truc zijn.
nog een truc van Alcaman.
Wat een goeie truc, de blinde!
Het is niet echt een truc.
Dit is niet een spel of een truc.
is een oude truc.
Dat is een oude truc.
Dat is een truc.
Nee. Dit is een truc.
Dat is een truc.
Slechts een truc van het bos.
Is dit een truc?
Dat was een goede truc.
Als dit allemaal een truc was, hoe is die schoolbus hier dan geraakt?
Wat een truc met die zandmuur.
Het kan een truc zijn.
Laat hem een truc doen.
Het is een truc, zie je dat niet?
Is het een truc zoals bij Paul Daniels?
Is het een Romulaanse list, een truc om een oorlog te ontketenen?