HIJS - vertaling in Duits

Zug
trein
zet
peloton
metro
train
trek
hisst
hijsen
hijs
planten
hijst
zieh
betichten
trekken
hebt
tillen
verhogen
steek
opsteken
omhoog
hijsen
brengen
te heffen
benadrukken
bewaren
setzt
zetten
stellen
gaan zitten
gaan
plaatsen
maken
brengen
komen zitten
leggen
wedden
hiss
slis
hijs
mal ziehen
een haaltje
eens trekken
eens een hijs
eens een trekje
keer trekken
een hijsje
hoch
hoog
omhoog
groot
boven
zeer
overeind
sterk
hoogte
high
opstaan
hieve
hissen
hijsen
hijs
planten
hijst
zieht
betichten
trekken
ziehst
betichten
trekken
heben
tillen
verhogen
steek
opsteken
omhoog
hijsen
brengen
te heffen
benadrukken
bewaren

Voorbeelden van het gebruik van Hijs in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Hijs de zeilen, Ahab.
Hiss das Hauptsegel, Ahab.
Hijs de witte vlag
Hisst die weiße Flagge
Hé Joe, hijs hem hoger!
Hey Joe, zieh es weiter nach oben!
Neem een hijs.
Nimm einen Zug.
Mag ik een hijs?
Kann ich mal ziehen?
Hijs hem overeind.
Los, hoch mit ihm.
Hijs de Franse vlag.
Hiss die französische Flagge.
Hijs de vlag! Een, twee, een.
Hisst die Flagge! Eins, zwei.
Maar hijs jezelf echt op anders ga je het niet halen.
Aber zieh dich wirklich hoch oder du schaffst es nicht.
Ik genoot van elke hijs.
Ich hab jeden Zug geliebt.
Wil je een hijs?
Willst du mal ziehen?
Strijk de Franse vlag en hijs onze vlag.
Streicht die französische Flagge ein und setzt unsere eigene.
Hijs jij de Amerikaanse vlag?
Hissen Sie die amerikanische Flagge?
Alle hens, hijs de vlag hoog.
Hisst die Flagge, zeigt sie. zugleich, Jo-ho.
Hijs de fakkels!
Hoch mit den Fackeln!
Mukerjee, hijs hem omhoog!
Mukerjee! Zieh ihn rauf!
Word piraat, word heerser over de zeeën, en hijs jouw vlag!
Werde zum Piraten, zum Herrscher der Meere und hiss Deine Flagge!
Wil je een hijs?
Willst du einen Zug?
Wil je 'n hijs?
Willst du mal ziehen,?
Hijs de ophaalbrug!
Zieht- die Zugbrücke hoch!
Uitslagen: 159, Tijd: 0.0877

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits