HULPELOOS - vertaling in Duits

hilflos
hulpeloos
machteloos
hopeloos
weerloos
verloren
stuurloos
hulpeloosheid
hulploos
wehrlos
weerloos
kwetsbaar
hulpeloos
Hilflosigkeit
hulpeloosheid
machteloosheid
hulpeloos
hilfloses
hulpeloos
machteloos
hopeloos
weerloos
verloren
stuurloos
hulpeloosheid
hulploos
hilflosen
hulpeloos
machteloos
hopeloos
weerloos
verloren
stuurloos
hulpeloosheid
hulploos
hilflose
hulpeloos
machteloos
hopeloos
weerloos
verloren
stuurloos
hulpeloosheid
hulploos
hülflos

Voorbeelden van het gebruik van Hulpeloos in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Gooi te vroeg en je bent hulpeloos.
Wirft man früh, ist man wehrlos.
Ik ben geen hulpeloos lammetje.
Ich bin kein kleines, hilfloses Lamm.
Het klinkt altijd alsof ze een klein, hulpeloos diertje verscheuren.
Die klingen, als würden sie kleine, hilflose Tiere zerfleischen.
Nee, ze zijn hulpeloos zonder begroeting.
Nein. Sie sind hilflos ohne Begrüßung.
Haar langzaam verleiden tot ze hulpeloos m'n bed in valt.
Ich verführe sie langsam, bis sie wehrlos in mein Bett sinkt.
Ik ben geen hulpeloos kind meer.
Ich bin kein hilfloses Kind. Ich verspreche es.
Hoe voelde het om hulpeloos te zijn?
Wie hat es sich angefühlt, hilflos zu sein?
Zonder teken ben je hulpeloos.
Ohne dein Mal bist du wehrlos.
Jij was zo'n hulpeloos bundeltje.
Und du ein hilfloses Bündel.
Ik dacht dat ze zonder mij hulpeloos zou zijn.
Ich dachte, sie sei hilflos ohne mich.
Ik ben geen hulpeloos lammetje.
Ich bin kein hilfloses Lamm.
Hij is gewond maar niet hulpeloos.
Er ist verletzt, aber nicht hilflos.
Je bent geen hulpeloos klein meisje.
Du bist kein hilfloses kleines Mädchen.
Hij is ziek en hulpeloos.
Er ist krank und hilflos.
Jij hebt me altijd behandeld alsof ik één of ander hulpeloos, gewond dier was.
Du hast mich immer behandelt wie ein hilfloses, verletztes Tier.
Je bent zo hulpeloos en zwak.
Wie schwach. Wie hilflos du bist.
Mammie is weg, nu ben ik hulpeloos.
Mom haute ab, ich bin ein hilfloses Baby.
Hier zijn we niet hulpeloos.
Wir sind hier nicht hilflos.
Je bent een zwak, hulpeloos ding.
Du bist ein schwaches, hilfloses Ding.
Nee. Als je liever zwak en hulpeloos bent.
Nein, nein. Aber wenn du lieber schwach und hilflos bist.
Uitslagen: 827, Tijd: 0.0501

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits