Voorbeelden van het gebruik van Jij zal in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Jij zal de baby niet opeten.
Jij zal dat niet zijn.
Iemand zoals jij zal dat niet doen.
Jij zal altijd mijn Nosferatu zijn.
Jij zal het hier ook leuk vinden.
Oma, alsjeblieft.- Jij zal het niet begrijpen.
Een waardeloos stuk slijm als jij zal dat nooit begrijpen.
Maar jij zal ze niet leiden, Abel.
Ik geloof niet dat jij zal schieten.
Jij zal mij niet meer negeren.
Ik geloof niet dat jij zal schieten.
Ja, maar jij zal altijd mijn eerstgeborene zijn.
Friedkin, en jij zal daarvoor boeten.
Paul, jij zal mij niet controleren.
En jij zal niet ingrijpen.
En jij zal mij gehoorzamen.
Jij zal mijn eregast zijn.
Maar jij zal niet branden, moeder.
Je familie redden jij zal.
Jij zal nu voor me zorgen.