NEER - vertaling in Duits

runter
naar beneden
neer
omlaag
weg
zakken
bukken
eraf
ga
kom
laat
unten
beneden
hieronder
onder
neer
liggen
omlaag
laag
onderkant
bodem
daar
erschießen
neerschieten
doodschieten
schieten
vermoorden
neer
neerknallen
afknallen
fusilleren
executeren
doden
herab
neer
naar beneden
beneden
neerdalen
omlaag
neder
verlaagt
minimaliseert
neerkijkt
nederdalen
fallen
vallen
dalen
zakken
behoren
neer
komen
zijn
drop
valstrikken
valkuilen
hinab
naar beneden
neer
neerdalen
neder
af naar
heeft neergezonden
afdalen
afgedaald
nedergezonden
hinunter
naar beneden
onderaan
neer
omlaag
afdalen
af naar
onderlangs
hinlegen
gaan liggen
neerleggen
neer
leggen
bed
slapen
even liggen
even plat
weglegen
neerleggen
wegdoen
wegleggen
neer
weg
wegsteken
auf den Boden

Voorbeelden van het gebruik van Neer in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Leg je zwaard neer of ik dood hem.
Lasst den Degen fallen, sonst ist er tot.
Hij plofte neer als een rijpe vijg.
Er fiel auf den Boden wie eine reife Frucht.
Kijk je neer op mij?
Du guckst auf mich runter,?
Hij bleef arrogant praten en keek op ons neer.
Er redete arrogant und sah auf uns herab.
Dan schiet ik je neer.
Dann muss ich dich erschießen.
Ja. Eén van hen is neer.
Ja. Der eine ist unten.
Potloden neer. Boeken dicht!
Bleistifte hinlegen, Hefte schließen!
Kijk nu op me neer praat nu op me neer..
Blick jetzt auf mich hinunter Rede mich jetzt klein.
God kijkt vast neer op zijn engel van wraak.
Gott blickt wohl auf seinen Racheengel hinab.
Wapen neer, Rick!
Lass die Waffe fallen, Rick!
Wapen neer, nu!
Waffe auf den Boden, sofort!
Laat hem neer, en ik zal met je mee gaan.
Lass ihn runter und ich komm mit dir.
Hij kijkt altijd op me neer.
Sieht immer auf mich herab.
De wapens zijn neer.
Ihre Waffen sind unten.
Waarom? Je schiet ons toch neer.
Wieso? Sie lassen uns eh erschießen.
Iedereen neer!
Alle hinlegen.
Hij keek neer op die speler keek op en zag ons in de ogen.
Er schaute auf den Spieler hinab und sie blickten sich gegenseitig in die Augen.
Wapen neer. Doe 't niet!
Waffe weglegen. Tu es nicht!
Leg je pistool neer en er overkomt Barbara niets.
Lassen Sie die Waffe fallen und Barbara wird nichts passieren.
Hij valt neer en begint te huilen.
Er fällt auf den Boden und weint.
Uitslagen: 8029, Tijd: 0.0783

Neer in verschillende talen

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits