Voorbeelden van het gebruik van Stapt in in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hij stapt in zijn auto.
Een kerel stapt in de metro in L.
Ze stapt in een auto.
Hij gaat razend weg, stapt in een auto.
Cosner komt terug met de zalm, stapt in, en ze rijden weg.
Hij stapt in de ring.
Maar je stapt in die bus.
Je stapt in de boot!
Je stapt in het vliegtuig.
Hij stapt in de auto.
Je stapt in die auto, en speelt Russische roulette.
Komt uit de garage, stapt in z'n auto en wordt neergeschoten.
Ze stapt in.
Dean stapt in de auto en rijdt weg.
Dus mijn maat stapt in de auto, en de taxi chauffeur zegt zo van.
Je stapt in bij Hancock, naar Paradiso.
Je stapt in met Becca en we rijden weg.
Ze stapt in de eerste trein die ze kan halen.
Stapt in.
Jij stapt in dat vliegtuig, al moet ik je als bagage inchecken.