WEET TOCH DAT IK - vertaling in Duits

weißt doch dass ich
weißt schon dass ich
weißt aber dass ich
wissen doch dass ich
wissen schon dass ich
ist doch klar dass ich

Voorbeelden van het gebruik van Weet toch dat ik in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Je weet toch dat ik een vriendin heb.
Du weißt schon, dass ich eine Freundin habe.
Je weet toch dat ik van je hou?
Und du weißt doch, dass ich dich liebe?
Je weet toch dat ik maar eerst volgend jaar mijn thesis maak?
Du weißt schon, dass ich erst nächstes Jahr meine SATs mache?
Je weet toch dat ik m'n ontbijt gebakken wil. Cornflakes?
Du weißt doch, dass ich mein Frühstück gern frittiert mag?
Je weet toch dat ik zwart ben?
Du weißt doch, dass ich dunkelhäutig bin!
Je weet toch dat ik geen zweep gebruik.
Du weißt doch, dass ich ohne Peitsche arbeite.
Je weet toch dat ik er voor je ben,?
Du weißt doch, dass ich für dich da bin?
Je weet toch dat ik niet wegga?
Du weißt doch, dass ich nicht einfach so verschwinde,?
Hopeloos verloren. Je weet toch dat ik bij je blijf.
Aber du weißt doch, dass ich bleibe. Hoffnungslos verloren.
Je weet toch dat ik geen patatjes mag.
Du weißt doch, dass ich keine Pommes essen darf.
Je weet toch dat ik hier voorjou ben?
Du weißt doch, dass ich für dich da bin?
U weet toch dat ik geen verrader ben?
Du weißt doch, dass ich kein Verräter bin?
Hij weet toch dat ik ga verhuizen?
Er weiß doch, dass ich wegziehe,?
Je weet toch dat ik haar wel te pakken krijg.
Du weißt doch, dass mir keiner entkommt.
Megan, je weet toch dat ik zou willen wat jij wilt?
Megan, du musst doch wissen, dass ich will, was du willst?
Je weet toch dat ik bijhoud waar alle pionnen staan.
Sie müssen doch wissen, dass ich alle Beteiligten im Auge behalte.
Je weet toch dat ik twee weken lang met ziekteverlof geweest ben.
Du weißt doch, ich war zwei Wochen krankgeschrieben.
Je weet toch dat ik habla la español, hé?
Du weißt doch, ich habla la español, oder?
Rachel, je weet toch dat ik hen nooit zal verraden?
Rachel, dir ist schon bewusst, dass ich niemals im Leben gegen sie aussagen werde,?
Je weet toch dat ik marketinglessen volg?
Du weißt doch, ich gehe zu diesem Marketingkurs?
Uitslagen: 86, Tijd: 0.0541

Weet toch dat ik in verschillende talen

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits