Voorbeelden van het gebruik van Chef in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Chef Joe? Ik snap het niet?
Brigadier. Mijn oude chef uit Durham.- Sir.
Sindsdien chef onderhoud van het hotel.
Deb Fletcher, Chef van… Station.
De chef vroeg je om op de familie te letten. Stan.
Hij was de chef van de SS.
Ik ben chef Rasmus Ray.
Chef, ik… Ik heb mijn orders.
De chef heeft getekend.
Bent u chef Chris Kyle?
Sorry, chef, orders.
Mijn chef overlevings kans hangt af van haar kennis om m'n smaak te bevredigen.
De voormalige chef van de koninklijke garde.
Chef kan me kwellen zolang hij wil.
Oké. Chef, we kunnen de andere auto's gebruiken!
Hij is onze Chef van de Psychiatrie.
Weet je chef over je verleden?
Chef, waar ben je?
Mijn chef overlevings kans hangt af van haar kennis om m'n smaak te bevredigen.
Chef Muller was bij het Royal.