Voorbeelden van het gebruik van Assisteren in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
En anders wil ze niet assisteren.
Drie marine-eenheden assisteren de 250 man politie die zijn ingezet.
Assisteren bij de ontwikkeling van nieuw gedrukt materiaal.
Het assisteren bij controles en inspecties.
Toen ik ze ging assisteren, noemde hij me zijn' lotusbloem.
Ik wil graag assisteren.
Jij mag assisteren.
Als ik terugkom, wil ik u assisteren.
Landry, wil jij helpen met opnemen en assisteren in de triage?
Welke jonge hond wil assisteren?
Jouw collega zou toch assisteren?
Jullie mogen me allebei assisteren.
Je zult mr Sheridan assisteren, onze goochelaar.
Dan kan hij u assisteren.
Kan ik assisteren?
Ik had je niet moeten laten assisteren.
En hoe gaat u mij precies assisteren?
Eise voert de keizersnede uit en ik mag assisteren.
Grey, Avery, jullie gaan assisteren.
Bedankt dat ik mocht assisteren.