Voorbeelden van het gebruik van Deur in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Dat steengruis bij de deur, hoe werkt dat?
Ik zal de deur op slot doen.
Heb je de deur op slot gedaan?
En ik loop naar die deur, haal de klink over.
De deur van de slaapkamer van hun kind stond open.
Een deur naar de mijn.
De deur van de dood.
Open de deur! Onmiddellijk!
Open de deur, mensenkind.
Zodra de deur open is, vlucht jij.
Deze deur heeft geen trede.
Deze deur wordt enkel geopend tijdens festivals.
Ze blijken voor de deur van het huisje te staan.
Als je in de deur staat, staat de koffer links.
Parkeermogelijkheden voor de deur, plaats voor fietsen in de garage.
Parkeren voor de deur van de camping(Parkeerplaats bij de camping).
Vb.: Deur 2, Schrijverswijk, Presidentsgebouw,….
Op een niet-magnetische deur wordt horizontaal een even groot stuk magneetband geplakt.
Misschien iets buiten de deur dat ik ook kan doen als het koud is.
U voert de keuken van een deur die leidt van de gemeenschappelijke binnentuin.