Voorbeelden van het gebruik van Je stierf in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Je stierf bijna aan de mazelen.
Ik was 12, oma, toen je stierf.
Was hij bij je toen je stierf?
Ik wou gewoon de paniek in je stem horen voor je stierf.
Hij vertrok op de dag dat je stierf.
Hoe oud was je toen je zus stierf?
Ik wilde dat je stierf.
Heel goed dat je die bus stopte voordat je stierf.
Weet je nog hoe je stierf?
Misschien ben je door de tijd gereisd voor je stierf.
Hij zou niet willen dat je stierf, toch?
Ik wilde niet dat je stierf.
Toen je besliste terug te komen nadat je stierf op die weg.
Alles ging naar gort toen je stierf.
Dus ik ga haar vertellen dat je stierf in dat vliegtuig.
Oke, je stierf in Corporate Invaders een,
Je stierf op de planeet en D'Argo
Je stierf en ging naar de hemel.