Voorbeelden van het gebruik van Morgen is het in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Morgen is het over, en dan vieren we gewoon jou verjaardag.
Maar morgen is het mijn beurt.
En morgen is het iemand anders.
Morgen is het precies een jaar geleden.
Morgen is het onze Meester zijn verjaardag,
Morgen is het te laat!
Morgen is het zover, een historische dag
Morgen is het de dag van de carrière.,
Morgen is het over.
Morgen is het voorbij.
Vandaag is het er, morgen is het verdwenen.
Morgen is het 4 juli, een jaar na P. J. 's dood.
Luister. Morgen is het een nationale feestdag
Vandaag is het de textielindustrie, morgen is het de volgende sector.
Ik heb geen tijd te verliezen; morgen is het de drie en twintigste, en morgen vertrekt Buckingham met de vloot.”.
mijnheer de commissaris, morgen is het precies een jaar geleden
Vandaag bracht ik mezelf in gevaar, maar morgen is het een van jullie of iemand anders.
Nee, Harvey, dit is precies wat je nu nodig hebt, want morgen is het te laat.
Maar morgen is het wel het begin van veel energieën,
En morgen zijn het misschien hertjes,