RIEP - vertaling in Frans

s'écria
appelé
bellen
noemen
roepen
heten
cria
schreeuwen
gillen
roepen
huilen
met schreeuwen
gegil
het uitschreeuwen
schelden
krijsen
a demandé
a invité
convoqua
bijeen te roepen
bijeenroepen
oproepen
beleggen
samenroepen
samen te roepen
het bijeenroepen
bijeengeroepen
ontbiedt
worden bijeengeroepen
invoqua
inroepen
aanvoeren
beroepen
beroep doen
in te roepen
oproepen
aan te voeren
aanroepen
het gedenken
het aanroepen
a créé
a hurlé
exclamé

Voorbeelden van het gebruik van Riep in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
Hij riep naar de soldaten dat ze het vuren moesten staken.
Il crie à ses hommes de stopper le tir.
De paus riep alle christelijke landen op om Venetië te onderwerpen.
Le pape appelle toutes les nations chrétiennes à le rejoindre dans une expédition pour soumettre Venise.
Terwijl de bijl viel riep hij nog “Leve de re…”.
Avant que le couperet tombe, il crie à trois reprises« Vive le roi!».
Dus ik riep moed en volgde de buidelrat in de struiken.
J'appelai donc courage et suivi l'opossum dans les buissons.
Een huurder riep regelmatig de politie van Minneapolis over de vagrants.
Un locataire appelait régulièrement la police de Minneapolis au sujet des vagabonds.
Telkens en telkens weer riep ik tot God om mij te helpen.
Je pleurais encore et encore, je criais à Dieu pour qu'il m'aide.
Incomer84", riep met een ongeschikt 5 8.
Incomer84", appelée avec une inadapté 5 8.
Johannes' doopsel riep de zondaars op om terug te keren naar God.
Le baptême de Jean appelait les pécheurs à retourner vers Dieu.
De stem in de woestijn riep uit naar de mensen voor een doopsel van bekering.
La voix dans le désert appelait le peuple au baptême de repentance.
Ik riep," Daar kom ik!
Je criais:"Me voilà!
In het visioen riep ik de naam van iemand met de naam Deitz.
Dans ma vision, je criais le nom de quelqu'un… un gars appelé Deitz.
Hij riep heel luid,
Il criait vraiment fort,
Water! water!” riep d'Artagnan,„water!”!
De l'eau, de l'eau, criait d'Artagnan, de l'eau!
Dagen riep ik.
Des jours entiers, je criais.
Koen!" riep ik voor de derde maal.
Conseil!» criai-je une troisième fois.
Ik deed 'm geen pijn. Hij riep niet.- Waar heb je pijn?
Il a pas mal, il a pas crié.
Ik riep haar, maar.
Je I'ai appelée, mais.
Als ik hem voor het eten riep, zei hij:" Ik eet straks.
Si je l'appelais pour manger, il disait"plus tard.
Toen riep hij: Vind je donuts lekker?
Et il a crié:"Ça te plaît?" Et on s'est barrés?
Tijdens de nachtwacht, riep hij,' Allezz goed.
Pendant les patrouilles de nuit, il criait,"Touu vaa bien.
Uitslagen: 1898, Tijd: 0.0752

Top woordenboek queries

Nederlands - Frans