Voorbeelden van het gebruik van Verontrust in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
De volkeren zijn verontrust over de huidige recessie.
Maar we zijn ook zeer verontrust.
Ze keek verontrust.
Nee, niet verontrust.
Het verontrust ook de Raad van ministers.
Het verontrust me al jaren.
Dat verontrust me.
Ze was verontrust maar… we denken, uiteindelijk overtuigd.
Wat me verontrust, Mahoney, is dat niemand het weet.
Dit uiterst delicate en gecompliceerde dossier verontrust de publieke opinie steeds meer.
Dat verontrust me.
De Commissie is namelijk verontrust door het voortschrijdende milieubederf.
Het feit is dat dit onderwerp regelmatig onze medeburgers verontrust.
Je bent verontrust.
Inderdaad, het kwaad verontrust ons.
Eli's woorden hebben je verontrust, hè?
Deze vrouw is zeer verontrust, Daniel.
Manjeet dood haar erg heeft verontrust.
Ik dacht ook, dat ze wat verontrust leek de laatste tijd.
ik opgelucht ben of verontrust.