Voorbeelden van het gebruik van Fluisteren in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Je schrijft het op of we fluisteren.
Als we omdraaien en fluisteren?
Ik hoorde haar iets fluisteren.
De pony's, ik fluister hen en zij fluisteren naar mij.
Ze spreken waarheden, en fluisteren geheimen.
De winden van verandering fluisteren je naam.
Ja ik hoorde uw mannen fluisteren over hun plannen.
Dan, mijn vogeltjes zing en de diepe grotten fluisteren mijn naam.
Jullie fluisteren als ratten.
En toen begon het fluisteren, het toedekken, het stiekeme lachen.
Ik hoorde fluisteren dat hij het geld niet bij elkaar heeft.
Fluisteren is genoeg,
Dit huis is rustig fluisteren in een veilige en rustige buurt.
Ik zal niet fluisteren wat ik voel!
Ik heb horen fluisteren dat ze het in het huis Te bewaren.
Deze morgen hoorden we fluisteren over Tom Reilly's slottalk op zaterdag.
Zo kon u tegen Maria fluisteren zonder dat ze u zag.
Maar je moet zachtjes fluisteren, zodat niemand anders je hoort.
En ‘de geruststellende fluisteren in de donkere stille uren van de nacht.“.
Kinderen fluisteren en verschuiven hun tafels.