Voorbeelden van het gebruik van Goed gespeeld in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Goed gespeeld.
Goed gespeeld, Andrews.
Goed gespeeld, Gainey.
Goed gespeeld, Rufus.
Goed gespeeld, Bart.
Goed gespeeld, sir.
Goed gespeeld, Henry.
Goed gespeeld, meneer Crab!
Goed gespeeld, Selfridge.
Goed gespeeld, Ben.
Goed gespeeld, Billy.
jij hebt goed gespeeld.
Goed gespeeld.
Goed gespeeld. Spelen jullie alle dagen?
Goed gespeeld, Mr. de minister.
Goed gespeeld, hey, hey?
Goed gespeeld, Henry.
Jij hebt ook goed gespeeld.
Easy En Goed gespeeld.