ABHALTEN - vertaling in Nederlands

houden
halten
mögen
lieben
bleiben
haben
lassen
stehen
festhalten
bewahren
hören
weerhouden
abhalten
aufhalten
daran hindern
verhindern
abschrecken
abbringen
tegenhouden
aufhalten
stoppen
verhindern
davon abhalten
zurückhalten
daran hindern
blockieren
bremsen
davon abbringen
abwehren
voorkomen
verhindern
auftreten
vorkommen
vorbeugen
vermeidung
verhinderung
verhütung
prävention
vorbeugung
abhalten
stoppen
aufhören
aufhalten
anhalten
beenden
stecken
aufgeben
abbrechen
verhindern
absetzen
aussteigen
ontmoedigen
entmutigen
abschrecken
abhalten
abschreckung
verhindern
davon abbringen
dispirit
davon runterziehen
davon ab
organiseren
organisieren
veranstalten
organisation
ausrichten
veranstaltung
abhalten
arrangieren
schmeißen
einberufen
ordnen
doen
tun
machen
unternehmen
erledigen
antun
schaffen
anstellen
haben
lassen
spielen
versperren
abhalten
abweisen
verstopfen
blockieren
beleggen
investieren
anlegen
einberufen
investitionen
veranstalten
abhalten
geldanlagen
anlagen
anberaumen

Voorbeelden van het gebruik van Abhalten in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Wir müssen Barb abhalten, die Musik zu zerstören.
We moeten Barb stoppen met alle muziek te vernietigen.
Das würde ihn davon abhalten, Vincent zu töten.
Dat zou hem ervan weerhouden Vincent te doden.
Bestimmte Geschmäcker werden den Wunsch, alles zu probieren, völlig abhalten.
Specifieke smaken zullen het verlangen om iets te proberen volledig ontmoedigen.
Mich kann man von nichts abhalten.
Je kunt me niet tegenhouden.
Wir sollten eine Séance abhalten.
Laten we een seance houden.
Die Kommission wird Ende 2016 eine europäische Konferenz abhalten, um Feedback zu erhalten.
De Commissie zal tegen eind 2016 een Europese conferentie organiseren om feedback te verzamelen.
Wir wollten eine Messe abhalten. Da keiner kam.
We zouden een mis doen, maar er kwam niemand.
Hätte er Japan davon abhalten können, den Krieg zu beginnen?
Had hij kunnen voorkomen dat Japan oorlog wilde voeren?
Ich musste ihn vom Jodeln abhalten.
Ik moest zijn vreugdedansje stoppen.
Jemand muss mich davon abhalten, ihn zu töten.
Iemand moet me ervan weerhouden hem te vermoorden.
Aurora wird ein vorbereitendes Briefing abhalten.
Aurora zal een voorbereidende briefing houden.
Etwas wird dich abhalten.
Iets zal je tegenhouden.
Ich will in unserem Alter keinen Ständer abhalten.
Op onze leeftijd wil je geen stijve ontmoedigen.
Diejenigen, die ungläubig sind und von Allahs Weg abhalten, sind fürwahr weit abgeirrt.
Zij die ongelovig zijn en de weg van God versperren zijn ver afgedwaald.
Du kannst mich nicht davon abhalten.
Je kunt niet voorkomen dat ik drink.
Die Kommission kann erforderlichenfalls auch außerordentliche Tagungen abhalten.
De Commissie kan tevens buitengewone vergaderingen beleggen, wanneer zij zulks noodzakelijk acht.
würde mich nichts davon abhalten.
zou niets mij ervan weerhouden.
kann ich dich nicht davon abhalten.
kan ik er niks tegen doen.
Du kannst mich davon nicht abhalten.
En u kunt me niet stoppen.
Wir wollen Sie nicht von Ihren Gastgeberpflichten abhalten.
We willen u niet van uw werk houden.
Uitslagen: 835, Tijd: 0.1697

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands