ABWEISEND - vertaling in Nederlands

afstandelijk
distanziert
unnahbar
kalt
abweisend
abwesend
kühl
auf distanz
etwas distanziert
standoffish
afwijzend
ablehnen
zurückweisen
abweisen
ablehnung
verwerfen
ausschlagen
koel
kühl
cool
kalt
kühlen sie
kã1⁄4hl
abweisend
kaltherzig
frostig
unempfänglich
afstotende
vergießen
abstoßen
der verbrennung
schmelzen
veräußern
absprengen
repulsion
shedding
kil
kalt
kühl
kaltherzig
eiskalt
bernay
frostig
gefühlskalt
-kaltblütig

Voorbeelden van het gebruik van Abweisend in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Du bist wütend, abweisend, rücksichtslos.
Je bent boos, op een afstand, roekeloos.
Abweisend. Schutz für 9 Stunden.
Insectenwerend. Bescherming gedurende 9 uur.
Sie ist abweisend, und ich muss das geradebiegen.
Ze is onredelijk en ik moet dat herstellen.
Das gibt dir kein Recht, so abweisend zu sein. Das war ein Fehler.
Daarom hoef je nog niet zo te doen. Het was een fout.
Wir waren sehr enttäuscht- sehr abweisend und unfreundlich Empfang.
We waren erg teleurgesteld- zeer onwelkomend en onbeleefd receptie.
Technische Spezifikation des 110/220V AC powered Ultraschall Vogel abweisend.
Technische specificatie van 110/220V AC aangedreven ultrasone vogel Repellent.
Warum bist du so abweisend?
Waarom doe je zo onaardig?
Zerklüftet, abweisend und gefährlich. entlegen.
Ruw… afgelegen… ongastvrij en gevaarlijk.
Wie schade, dass du so abweisend bist.
Jammer dat u zo vastberaden bent.
Am Telefon bist du abweisend.
Als ik bel, gedraag je je als een vreemde.
Darum war er so abweisend.
Daarom had hij zo'n haast.
sie war untypisch abweisend.
ze was ongewoon kortaf.
Sie sind immer so abweisend.
Je bent altijd gelijk zo defensief.
ist Mae etwas abweisend zu mir?
is Mae een beetje sarcastische tegen me?
Sie sind nicht immer abweisend.
Ze zijn niet altijd onvriendelijk.
Behandle mich nicht abweisend.
Sluit me nou niet buiten.
Aber du musst nicht so abweisend sein.
Maar je hoeft niet zo koud te zijn.
Und abweisend.
En koud.
Du bist grob und abweisend.
Je bent lomp en onaantrekkelijk.
Er verhält sich gegenüber fast allen Leuten abweisend.
Hij is met bijna iedereen kortaf.
Uitslagen: 64, Tijd: 0.0553

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands