ARM - vertaling in Nederlands

• arm
• maling
• armen
• arme
• armpje

Voorbeelden van het gebruik van Arm in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Sah aus, als ob seine Hand oder sein Arm blutete.
Het leek alsof hij bloedde uit zijn hand of arm.

Du nimmst mich auf den Arm.
Je neemt me in de maling.

Wir sind arm, verstehen Sie?
Wij zijn arme mensen, ziet u?

Dafür ist Euer Arm zu kurz.
Uw armen zijn te kort.

Keinen Mucks, oder ich brech dir den Arm.
Geen geluid, anders breek ik je arm.

Nimmst du mich auf den Arm?
Neem jij mij in de maling?

Arm sind hier viele, aber Kinder haben sie trotzdem.
Hier wonen veel arme mensen, toch hebben ze kinderen.

Was hast du mit deinem Arm gemacht?
Wat heb je met je armen gedaan?

Er soll meinen Arm nicht abreißen.
Ik wil niet dat hij mijn arm eraf rukt.

Nein, es ist nur… Sie nehmen mich auf den Arm, nicht wahr?
Nee, alleen… Je neemt me in de maling, toch?

Arm, stolz, bemitleidenswerte Dinger.
Arme, trotse, zielige dingen.

Er war bei jemandem auf dem Arm.
Hij lag in iemand zijn armen.

Meine Güte, sie berührt deinen Arm.
Lieve hemel, ze raakt je arm aan.

Ihr nehmt mich auf den Arm, was?
Je neemt me in de maling, hè?

Arm sind hier viele, Kinder haben sie trotzdem.
Hier wonen veel arme mensen, toch hebben ze kinderen.

Bis in mei'm Arm du wieder liegst.
Tot je weer in mijn armen bent.

Kannst du mal meinen Arm ansehen?- Entschuldige.
Kun je naar mijn arm kijken? Sorry.

Du nimmst mich auf den Arm, oder?
Je neemt me in de maling, niet?

Aber für mich, arm und schwer verletzt.
Maar voor mij, arme en zwaar gewond.

Schlaf in meinem Arm.
Slaap in mijn armen.