Voorbeelden van het gebruik van Einfach da in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Jetzt steht er einfach da.
Jeden Morgen steht ihr Auto einfach da.
Er stand doch einfach da.
Lass sie einfach da.
Laat ze gewoon liggen.Die Fotos sind einfach da.
Er lag einfach da.
Hij lag daar zomaar.Ich bin einfach da und fliege.
Er steht einfach da.
Hij stond daar gewoon.Ich stehe einfach da.
Ik stond daar maar.Also lassen wir sie einfach da?
Laten we het gewoon liggen?Ich sitze einfach da.
Ik zit hier gewoon.Steh nicht einfach da rum, Merlin.
Das Auto war einfach da.
Die auto stond er gewoon.Sie standen einfach da.
Ze stonden daar gewoon.Und man steht einfach da.
En je staat daar maar.Ich kam heim und es hing einfach da.
Ik kwam thuis en het was hier gewoon.Er war einfach da.
Hij stond daar zomaar.Und dann… waren Sie einfach da.
En toen… Was je er opeens.Komm schon, Merlin, steh nicht einfach da rum.
Kom op, Merlijn, blijf daar nou niet zo staan.Es war einfach da.
Het was er gewoon.
