SCHIEN - vertaling in Nederlands

• leek
• scheen
• was
• blijkbaar
• lijkt
• leken
• lijken
• schijnt
• schenen
• is

Voorbeelden van het gebruik van Schien in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Er schien nicht der Typ, aber….
Hij leek niet het type, maar….

Er schien nie zu schlafen.
Slapen deed hij blijkbaar niet.

Er schien überzeugt gewesen zu sein,
Hij schijnt ervan overtuigd te zijn

Die Form der Wasserstoffbrücken schien darauf ganz natürlich….
Alle waterstofbruggen leken natuurlijk te worden gevormd….

Es schien ihr besser zu gehen denn je.
Het lijkt of ze beter is dan ooit.

Eigentlich schien unser Plan wasserdicht.
Onze plannen lijken altijd waterdicht.

Oder schien meine Freundin nur leichte Beute?
Of was mijn vriendin een makkelijke prooi?

Sie schien das nicht zu wissen. -Ja.
Ja. Dat leek ze niet te weten.

Die Sonne schien, alles war perfekt.
De zon scheen, alles was perfect.

Er schien uns wirklich zu mögen.
Hij had ons blijkbaar graag.

Aber sie schien zu wissen, was sie tut.
Maar ze schijnt te weten wat ze doet.

Meine angebliche Perversität schien sie zu verwundern.
M'n zogenaamde perversiteiten leken haar te verbazen.

Er schien heldenhaft gestorben zu sein.
Hij is een heldendood gestorven.

Es schien in meinem Kopf weniger widerlich.
Het lijkt minder weerzinwekkend in mijn hoofd.

Die Lage mit deinem Vater schien angespannt zu sein.
De dingen met je vader lijken intens.

Sie schien spurlos verschwunden zu sein.
Ze was van de aardbodem verdwenen.

Es schien, als könne nur ein Wunder das Blutvergießen stoppen.
Het leek erop dat alleen een wonder het bloedvergieten kon stoppen.

In New York schien auch die Sonne am 10.09.
De zon scheen ook in New York op 10 september 2001.

Miriam schien zu denken.
Maar Miriam blijkbaar wel.

O'Brien schien anzunehmen, Sie und Mrs. Bird hätten eine Art geschäftliche Vereinbarung.
O'Brien schijnt te denken dat u en Mrs Bird zaken doen.