BOUGE - vertaling in Nederlands

• gaan
• beweging
• verplaatsen
• weg
• bouge
• beweegt
• verschuift
• verroer je
• opschieten
• blijf
• stil

Voorbeelden van het gebruik van Bouge in het Frans en hun vertalingen in het Nederlands

Bouge pas, le robot!
Verroer je niet, robot!

On ne bouge pas à moins
We gaan niet toeslaan

Sauf que si on le bouge, il meure.
Als we hem verplaatsen, sterft hij.

Et si l'oreiller bouge?
Wat als het kussen verschuift?

Police! Personne ne bouge!
Politie, geen beweging.

J'ai dit: Personne ne bouge.
Ik had gezegd: Niemand mag weg.

Bouge pas, bébé.
Verroer je niet, mop.

On le bouge, Becks en profitera pour nous faire une mauvaise publicité.
Als wij het verplaatsen, zorgt Beck ervoor dat wij er slecht uitkomen.

Si on bouge, Pauly va se pointer en me traitant de tapette.
Als we gaan, komt Pauly en noemt hij me een lafaard.

Maintenant bouge soldat!
Nou opschieten, soldaat!

Tournez et manœuvrez lentement pour ne pas que la charge bouge.
Draai en werk langzaam om te voorkomen dat de lading verschuift.

J'ai dit:"Personne ne bouge".
Ik zei: Geen beweging.

Au fait, bouge ton cul de mon yaourt.
Blijf met je kont van mijn yoghurt af.

Bouge pas, connard!
Verroer je niet, eikel!

Si on le bouge, on peut empirer les choses.
Als we hem verplaatsen kunnen we het erger maken.

Mesdemoiselles, on bouge.
Dames, we gaan.

On ne bouge pas.
We gaan niet weg.

Faut qu'on bouge.
We moeten opschieten.

Que personne ne bouge!
Geen beweging.

Assis et bouge pas!
Zit en blijf daar!