Voorbeelden van het gebruik van Hier wonen in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik ga hier wonen.
Je kunt hier wonen.
Maar ik heb nog niet getraind sinds we hier wonen.
Jullie kunnen hier wonen.
En de ontzettend onwetende mensen die hier wonen?
Hier wonen de meest conservatieve Duits sprekende Russische mennonieten van Belize.
Wil je hier wonen of niet?
Hier wonen de oudste inwoners van Karachi.
Waarom moet hij hier wonen?
Ik kom terug hier wonen.
Alleen maar omdat ze hier wonen?
Hier wonen jullie dus?
Weten die dat jullie hier wonen?
Bahubali wil hier wonen.
Je kent de mensen die hier wonen.
Sam komt hier wonen.
Ik ken de mensen die hier wonen.
De moeder bleef hier wonen met een verblijfsvergunning.
En zolang jullie hier wonen zijn jullie ook zuiderlingen.
Ik neem aan dat je niet gehoord heb van de mensen die hier wonen.