Voorbeelden van het gebruik van Hij zit op in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hij zit op stoel 7A.
Hij zit op zijn jacht in Zuid-Frankrijk.
Hij zit op jouw borst, jij op zijn borst.
Hij zit op het politiebureau.
Hij zit op dit moment een sigaretje te roken.
En hij zit op Mars.
Hij zit op een Zamboni.
Hij zit op niveau vijf.
Hij zit op het terras.
Hij zit op het scheerapparaat!
Hij zit op zijn bed.
Hij zit op de Missouri.
En hij zit op mijn bureau.
Hij zit op m'n bureau en elke dag herinnert hij me aan Ney Ney.
Het is zijn land, hij zit op 'n bergtop.
Hij zit op m'n bureau.
James… hij zit op een Thaise vrouw nu.
Kijk, hij zit op die kale.
Hij zit op de Bahama's.
Hij zit op worstelen.