Voorbeelden van het gebruik van Lust in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Jij lust vast ook wel wat?
Tussen je lust en je vuur… zat je angst,
Ik lust nu wel een borrel.
Ik lust die niet meer.
Is lust ook een zonde?
en het is een lust voor de balk.
Dat lust ik vast niet.
Ik lust geen erwten.
Lust je een broodje?-Nee.
Ik lust geen varken.
Ik lust wel een koffie.
Lust. En alleen een beetje van.
Ik lust nu officieel soep!
Lust is een doodzonde.
Vaste planten vormen de basis en zal een lust voor het oog zijn voor meerdere seizoenen.
Nou, Ik lust geen linzen, dus… dan word het Kalkoen chili.
Dit lust ik niet.
Lust je er een?
Ik lust het gevaar rauw.
Nou, ik lust wel een drankje.