Voorbeelden van het gebruik van Persoonlijk record in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Tweeënhalve minuut is een persoonlijk record.
Een jaar later verbeterde hij zijn persoonlijk record tot 2:07.35.
kun je een persoonlijk record.
Persoonlijk record.- Hoe wist je dat we in de problemen zaten?
Het is een persoonlijk record.
Dat is een persoonlijk record.
Dit wordt 'n persoonlijk record.
Dat is dicht bij mijn persoonlijk record.
Met een persoonlijk record van 66,54 werd ze in de kwalificatieronde tweede achter Tilea.
Zijn persoonlijk record van 2:08.55 liep hij in 1997 bij de marathon van Rotterdam.
Dit was tevens een persoonlijk record en een nationaal record van Letland.
Daar behaalde hij met 2,23 een persoonlijk record en een vierde plaats.
Dat is toch een nieuwe persoonlijk record?
Het is een persoonlijk record.
Een nieuw persoonlijk record.
In deze finale liep hij met 44,25 seconden een persoonlijk record, waarmee hij op de 5e plaats eindigde.
In 2006 verbeterde ze haar persoonlijk record met meer dan zes-en-halve meter tot 76,34 m
Zijn persoonlijk record van 2:27.41,0 liep hij op 16 oktober 1955 in Altenrath.
Het jaar erop verbeterde hij zijn persoonlijk record tot 13,20 en won hiermee de 110 m horden tijdens de ISTAF Berlijn.
Zijn persoonlijk record van 28.00,9 op de 10.000 m liep hij op 29 juni 1978 in Helsinki.