Voorbeelden van het gebruik van Team in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Mijn team en truck.
Het team is mijn familie.
Dit is het team van ApoIIo 13.
Senator, met alle respect, mijn team heeft niets verkeerd gedaan.
Dit S.H.I.E.L.D. team heeft twee van onze operaties vernietigd.
Er namen 28 team deel aan de 2e ronde.
Maak het team wakker, we hebben tien minuten.
Team drie en vier naar beneden.
Azevedo, jij gaat met je team naar het huis van de bisschop.
Stuur een team naar de aankoppelpoort.
Dit is het team van Apollo 13.
Goed gedaan, Kevin en team.
Met een winnend team is die club 800 miljoen waard!
Elk team telt acht spelers.
M'n team zal het wel afhandelen.-Niets, ze maakte een grapje.
En de rest van mijn team, ja. Was jij dat?
Team zes. Ik denk dat ik de enige ben.
Maar als je niet als team werkt… zul je zien wat je krijgt.
hij de grootste speler van het team is?
Dit is je nieuwe team.