ZEGT OOK - vertaling in Duits

sagt auch
zeggen ook
beweren ook
sagt außerdem
behauptet auch
beweren ook
zeggen ook
claimen ook dat
besagt auch
sagt weiterhin
sagte auch
zeggen ook
beweren ook
sagst auch
zeggen ook
beweren ook
sagte ebenfalls
spricht auch
spreken ook
praten ook
sagte ferner

Voorbeelden van het gebruik van Zegt ook in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Ja, maar hij zegt ook"jee", als ik het woord wasmiddel zeg..
Aber er sagt auch"ja", wenn ich Waschmittel sage..
Hij zegt ook dat hij je bijna heeft ontslagen.
Er sagte auch, dass er Sie beinah gefeuert hätte.
Jij zegt ook niks.
Du sagst auch nichts.
Hij zegt ook dat moeder de beste verpleegkundige is.
Er sagt auch, dass Mutter die bestmögliche Krankenschwester ist.
God zegt ook: Ik zal u een plaats bestellen waar hij hene vliede.
Aber Gott sagte auch:"Ich will einen Ort bestimmen, dahin er fliehen soll.
Jij zegt ook niets!
Und du sagst auch nichts!
Hij zegt ook dat u getrouwd bent.
Er sagt auch, dass du verheiratet bist.
Het is waar. Hij zegt ook dat hij je bijna heeft ontslagen.
Er sagte auch, dass er Sie beinah gefeuert hätte. Ist aber wahr.
Je zegt het strand… maar je zegt ook vloerkleed.
Du sagst Strand… aber du sagst auch Teppich.
Ze zegt ook dat stelen heel erg slecht is.
Dass Stehlen sehr, sehr schlecht ist. Sie sagt auch.
Hij zegt ook dat je vader Bumpy Johnson is.
Er sagte auch, dass Bumpy Johnson dein Vater ist.
Geweldig. Niet alleen laat je me vragen, je zegt ook nog nee.
Ist das toll. Nicht nur, dass ich gefragt habe, du sagst auch noch Nein.
Men zegt ook dat u anders bent.
Man sagt auch, dass Sie anders sind.
Ze zegt ook dat ze gaat vertellen.
Sie sagte auch, dass sie redet.
Je bent niet alleen knap… maar je zegt ook zulke lieve dingen.
Du siehst nicht nur gut aus, sondern du sagst auch süße Dinge.
Maar de Bijbel zegt ook.
Aber die Bibel sagt auch.
Ze zegt ook dat je naar haar loerde.
Sie sagte auch, dass Sie sie.
En… En jij… Jij zegt ook niks.
Und du… Du sagst auch nichts.
Wat? Ze zegt ook.
Was denn? Sie sagt auch.
O, nerds. Kom op, Miko zegt ook rare dingen.
Oh Nerds. Miko sagt auch komische Sachen.
Uitslagen: 164, Tijd: 0.0814

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits