Voorbeelden van het gebruik van Zij willen in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Ecclesiastic
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Zij willen het eiland!
Zij willen Evie kwijt, net zo graag als.
Zij willen ons dood en wij hen.
Ik wil hun volgers en zij willen die van mij.-Precies.
Voor iets wat zij willen en wij hebben.
Ga je doen wat zij willen?
Zij willen een chauffeur.
Zij willen je spreken.
Zij willen echt deze foto maken.
Maar zij willen je niet.
Wij verkopen wat zij willen.
Zij willen wraak voor de dood van hun vader.
Zij willen een kind verwekken.
Eerst, zij willen de tekeningen in kleur.
Zij willen een nucleaire oorlog met Israël.
Voor hen is daarin wat zij willen.
Zij willen van ons een antwoord op de vragen over een betere toekomst.
Zij willen de dood van hun vader wreken.