Voorbeelden van het gebruik van Lui in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Die lui werken in het donker. Vertel de waarheid.
De lui die stoppen met leven voordat ze stoppen met leven.
De lui die op Jake en Bobby schoten?
Ik ben niet meer lui.
Lui is een zeer positieve vriendelijke gastheer.
Hij is te lui om te zwemmen.
Hé, die lui houden echt van me.
Die lui zijn keihard.
Die lui werken in het donker.
These men work in the dark.Als je die lui gevonden hebt, wil ik naar binnen.
You find these guys, I want in.Een paar lui zijn vingers
Some people lost their fingersNiet echt. Ik ben lui.
Not really, I'm lazy.Chiggy hangt lui op de bank voor de tv.
Chiggy hangs lazily on the couch to the TV.Lui denkt dat dit project zo'n vijf jaar zal duren.
Lui thinks this project will take about five years.Lui, zeker.
Idle, certainly.Nee, maar die lui op de koets wel.
No, but the folks on the coach do.Eén van die lui moest naar het ziekenhuis.
One of those dudes was taken to the Sklif.Die lui die op ons schoten?
These men are shooting at us?Leg eens uit waarom die lui het op je oom gemunt hadden.
Explain to me why these people would target your uncle.Die lui hebben gevochten in Kosovo.
Those guys fought in Kosovo.
