Voorbeelden van het gebruik van Ik tel in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik tel niet.
Ik tel alleen de stukken.
Ik tel zeven uniformen.
Ik tel twaalf mannen en een machinegeweer.
Ik tel er vijf, misschien meer.
Ik tel dat gewoon, hoor.
Ik tel tot drie, en dan ga ik penetreren.
Ik tel 19 bedden.
Ik tel de dagen af tot ze weer naar hun moeder vertrekken.
Ik tel 1246 verschillende karakters
Ik tel ongeveer 12 misdrijven in de eerste drie minuten.
Ik tel tot drie en dan pluk ik je oog eruit.
Ik tel tot drie, en op drie moet je een plotselinge beweging maken.
Ik tel tot drie en dan wil ik
Ik tel tot vijf.
Ik tel tot tien. Traag. Jullie zullen kunnen volgen.
Ik tel nooit.
Ik tel tot 20.
Ik tel tot drie, en bij twee duwen jullie mij erin.
Ik tel voor twee.