Voorbeelden van het gebruik van Vertel hem in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Vertel hem elke dag, hoeveel zijn vader van hem hield.
Vertel hem hoe jij je voelt.
Vertel hem wie je bent.
Vertel hem over de poep.
Vertel hem hoe je het hebt verloren.
Vertel hem over Parijs.
Vertel hem de waarheid.
Vertel hem over die boom van je.
Vertel hem de rest.
Vertel hem alles wat u weet.
Ik vertel hem ook over mijn verleden.
Vertel hem over die vent uit de toekomst.
Vertel hem over de stripclub, en wie daar de topattractie was?
Vertel hem dqat hij kan bellen.
Vertel hem je eigen probleem.
Vertel hem alles, dan gaan we samen weg.
Vertel hem alles.
Vertel hem wat afschuwelijke verhalen.
Oom, vertel hem wat er gebeurt is.
Maar vertel hem niet dat ik er ben.