WAAR IK WIL - vertaling in Frans

• où je veux
• où j'ai envie

Voorbeelden van het gebruik van Waar ik wil in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans

dat is waar ik wil zijn.
c'est là où je veux être.

Ik heb haar precies waar ik wil.
J'en fais exactement ce que je veux.

Ik ben precies op de plaats waar ik wil zijn.
Je suis exactement là où je veux être.

Nee, ik ben precies waar ik wil zijn.
Non, je suis exactement là où je voulais être.

We kunnen nooit stoppen waar ik wil.
On ne peut jamais s'arreter ou je veux.

dit is waar ik wil eindigen.
c'est là que je veux finir.

Mag ik niet eens blijven waar ik wil?
Je ne peux même pas rester là où je veux?

Ik ga, waar ik wil.
Je vais là où ça me chante.

Ik weet nog niet zeker waar ik wil werken.
Je ne sais pas encore d'où je souhaite travailler.

II kan wonen waar ik wil en gaan waar ik wil…
Je peux vivre où je veux, aller où j'ai envie,

Vanaf nu werk ik waar ik wil. En als ik wil dat Brandy mijn vriendin wordt,
À partir de maintenant, je travaille où je veux travailler, et si je veux être avec Brandy,

De laatste plaats waar ik wil zijn is op 'n derderangs filmfestival in Santa Barbara.
Le dernier endroit où je veux être est un festival de film de 3ème classe à Santa Barbara.

zet ik hem waar ik wil en ben jij er niet om me tegen te houden.
je la remettrais où je veux et tu seras pas là pour m'en empécher.

Ja, ik heb dagen waar ik wil gewoon weer op de radio
Oui, j'ai jours où je veux simplement allumer la radio

Als retailexpert kan ik gaan winkelen waar ik wil tijdens mijn uren en kom ik misschien af en toe eens met
En tant qu'expert en retail je pourrai aller faire du shoppping où je veux durant mes heures de travail,

Ik kan ook werken waar ik wil- thuis,
Je peux aussi travailler où je veux- à la maison,

ik werk wanneer ik wil en waar ik wil.
je peux travailler quand je veux, où je veux.

Oh, ja mijn moeder laat me overal heen gaan, waar ik wil, zolang ik sms waar ik ben.
Oh, oui. Ma mère me laisse aller Où je veux tant que je lui envoi un SMS pour dire où je suis.

Ik realiseerde me eindelijk waar ik wil zijn, hier, bij jou.
J'ai enfin réalisé où je voulais être, et c'est ici, là ou tu es.

Als ik niet aan een bar kan gaan zitten waar ik wil, dan kan ik net zo goed dood zijn.
Si je ne peux pas m'asseoir là où je veux, alors je pourrais aussi bien être mort.