Voorbeelden van het gebruik van Hij is nu in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hij is nu terug thuis met zijn moeder.
Hij is nu onderweg naar hier.
Hij is nu aan het werk.
Hij is nu dood, God zegene hem.
Hij is nu een man.
Hij is nu precies op mijn boerderij".
Hij is nu uit.
Hij is nu burgemeester van Kiev.
Hij is nu de trots van Romeins Judea.
Hij is nu volwassen, G.W. De helft van deze ranch is van hem.
Hij is nu hier.
Hij is nu in beraad.
Hij is nu de sterke man in Egypte.
Hij is nu een partner.
Nee, hij is nu rond.
Hij is nu stabiel.
Nee, hij is nu op school.
Hij is nu gratis.
Hij is nu in orde, ma'am.
Hij is nu generaal.