Voorbeelden van het gebruik van Je speelde in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Je speelde intellectuele spelletjes om haar te verleiden.
Ik wist niet dat je football speelde.
Ik kwam langs en ik zag dat je hier speelde.
Vond ik… Wat je zojuist speelde?
Wanneer was de laatste keer dat je speelde, Walt?
Je speelde altijd al graag met dynamiet.
Ik dacht dat je zei dat je niet speelde.
Hoe gaat die wals ook alweer die je gisteren speelde?
Wat is de naam van dat lied wat je net speelde?
Ik wist niet dat je tennis speelde?
Ik wist niet dat je speelde!
Dat deed je, je speelde.
Dat stuk dat je net speelde.
Heb je ooit een neuroloog bezocht toen je nog speelde?
Ja, zeker.- Om wat je eerder speelde?
Dit is waar je bijna verdronk toen je onderzeeertje speelde.
Ik wist niet dat je nog speelde.
Ik wist niet dat je hoorn speelde.
Het was je verjaardag… je eerste jaar dat je speelde voor Maryland.
Ik wist niet dat je tennis speelde.