Voorbeelden van het gebruik van Koud in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Wat is 't hier koud.
Está helado aquí.Het is koud hier.
Oh, está helando aquí.Toe Darren, straks wordt je eten koud.
Je lichaam blijft nog lange tijd koud als je uit bad komt.
Bont koud je namelijk super warm!
Het water in het meer is heel koud.
Weet je, ons eten wordt koud.
Hij is koud.
Está helado.Het is koud buiten.
Está helando afuera.Kom eten. Straks is het koud.
Ven a comer, antes de que se enfríe.Te warm voor een jack maar te koud voor een shirt?
¿Muy caluroso para una chamarra pero muy frío para solo un maillot?Handwasje? Koud water?
Lavarla a mano,¿en agua fría?Mam, in huis is het niet zo koud.
Mamá, la casa no es tan helada.Lichaam wordt niet koud.
El cuerpo no se enfría.En kijk nu naar me. Dakloos, koud en ik ben noodwendig.
Y vedme ahora, en la calle, helado y prostituido.Het is koud hier.
Aquí está helando.Ga het bad uit wanneer het water koud wordt en droog je af.
Sal de la bañera cuando el agua se enfríe y sécate.Heb je het niet te koud?
¿No tienes demasiado frío?Als je te koud bent om te ontkleden, dan…- Nee!
Si está muy fría para desvestirse---¡No!Je eten wordt koud.
Tu comida se enfría.
